Half elf, “s avonds, en nog geen jota geschreven. Het is lang geleden dat ik nog onder druk heb gestaan om te produceren. Tijd heeft vele gezichten! Hier gaan we.

Het moge duidelijk zijn dat ik de strijd met de piranha’s gewonnen heb. Straffer zelfs, ik heb hen opgegeten, en niet omgekeerd. In totaal hebben we er in Lago Maica 4 gevangen, twee rode, één zwarte en één boorling, die te klein was om zijn kleur te bepalen. De “specialist” van onze boot heeft ze gegrild en “verkorreld”; daarna hebben diegenen die avontuurlijk genoeg waren, de vis opgepeuzeld. De smaak had karakter, vond ik. Toen alles op was, verklapte de gids dat dit de Braziliaanse viagra was. Ik kan jullie vertellen dat het voor een oude Nerviër niks voorstelt.

Wij waren dus in Santarèm, 300000 zielen, een junglestad waar de waters van Amazone en Tapajós samenvloeien, zij het dat ze – in tegenstelling tot wat wij ons voorstellen bij een samenvloeiing, slechts na tien kilometer ook echt mengen. De scheidingslijn tussen het bruine, ziltrijke Amazonewater en het blauwe, zuurstofrijke water van de Tapajós is overal duidelijk zichtbaar. De zoetwaterdolfijnen zijn dat ook, maar ik heb ze nog niet op de gevoelige plaat kunnen vastleggen. Uitgesteld is niet verloren! Een iguaan heb ik wel gekiekt; dat is veel makkelijker omdat hij blijft liggen. Daar is de kunst echter om hem tussen al het geblaterte te ontdekken. Gelukkig wist onze gids waar hij moest kijken!

In de omgeving van Santarèm, waar ik een ganse namiddag met de boot ben rondgevaren, staat de tijd stil, en zijn de mensen straatarm – letterlijk. Er is geen straat, enkel een vuile waterweg. In de fotoselectie heb ik een “huis” opgenomen dat op één uur varen, met een motorboot, van Santarèm staat. Voor dat huis lag een sloep zonder motor. Vaders en zonen vissen gezapig met die sloepen, en moeders waren er in het binnenland niet te bespeuren.

En toch, en toch zijn er heel, heel vele lachende gezichten, zijn de mensen overwegend vriendelijk, hulpvaardig en praterig. Een smeltkroes van klein en groot, jong en oud, blank en zwart en alles wat ertussen ligt, en nog veel meer, is het allemaal. Ik wil wedden dat Prozac hier niet populair is; de buren en de vrienden zijn het des temeer! De grenzen van menselijkheid zijn schier onzichtbaar, verborgen – misschien – achter oevers die soms tientallen kilometers ver weg liggen. Onmetelijk en onvatbaar is de Amazone.

Morgen is het een rustige dag. We stoppen om 8u in de ochtend in Boca de Valeria, met “tender service”, op één dagreis van Manaus. Volgens ingewijden is Boca een dorpje met 75 inwoners. De kinderen, in traditionele klederdracht, wachten op Santa Claus, verkleed als Amerikaan: een geïnverteerde inversie die er mag zijn!

Er is veel dat ik nog moet schrijven: over tijd, over zeeën en rivieren, over Spinoza. Het zit al in mijn hoofd en staat, fragmentarisch, in mijn kleine, zwarte notitieboekjes … mañana is een toverwoord dat niet verslijt! Wij varen nu met de twee grote schijnwerpers, aan weerskanten van de brug, op volle wattage zodat, dixit de kapitein, we de kleine bootjes (zonder radar) tijdig opmerken! Morgen zien we verder …

Prinsendam, vrijdag 14 januari 2011, 23u30

Op de ontzagwekkende Amazone