Dat zou best kunnen, maar wie heeft ze gezien? Zonder de graden zuid en west, zou het onmogelijk zijn om een bevestigend antwoord te geven. Opgepast, ik heb al acht foto’s genomen – acht. Maar het zal een uitzonderlijke combinatie van fotolaborant en geograaf zijn die daaruit de “Chileense Fjorden” kan reconstrueren..

Misschien had ik gisteren over de lichtekooien en hun geluk beter gezwegen. Langs de andere kant, vraag ik me af of ik niet een beetje blij moet zijn … Ook van overdadige natuurconsumptie kan je indigestie krijgen, of vergis ik me? Trouwens, los van het gevoelen van overdaad, heb ik vandaag toch wel de kans gegrepen om “bij te geraken” en … straffer zelfs, zonder nieuwe foto’s is er ook geen extra werk op mijn plank komen te liggen.

Je kan opwerpen dat het veel tijdrovender is om over “niets” te bloggen, dan over “iets wondermoois”. Mijns inziens heb ik hier in tien regels bewezen dat het niet noodzakelijk waar is. Uiteraard kan ik niet weten wie er hierna nog gaat verder lezen!? Ik beloof alvast om er mooie beeldjes in te stoppen (van gisteren, uiteraard).

Het liep vandaag al vroeg mis. Vannacht om een uur of vier werd ik gewekt door een schril gefluit. Neen, ik had niet juist een gedroomde, open doelkans gemist, het was gewoon een felle wind die mijn deurspleet had gevonden. Om zeven uur had de wind gezelschap gekregen van alles wat je liever wil mijden: koude regen, laaghangende wolken en overal wollige grijzigheid. Vooral als je “uitkijkt” naar een panoramische tocht doorheen sprookjesfjorden, dan zijn dat nefaste attributen.

Hoewel de wolken sinds de middag hun water van wat hoger laten vallen, en de wind met meer plaats wat trager blaast (!?), is het nog steeds wenen met de pet op, en dat geldt ook voor foto’s nemen. Gevolg: weinige foto’s, want ik heb maar één camerapet en ze is niet waterdicht. Het is inmiddels zes uur in de namiddag. Enkele minuten geleden kreeg ik een seintje van mijn maag dat er wat veranderd was. En ja, bij nader toezien – plus het raadplegen van het Captain’s Log”, heeft ze gelijk, mijn maag: de kapitein houdt het blijkbaar voor “bekeken”, bij wijze van spreken.

Het is inderdaad de bedoeling om bij de Golfo Trinidad, 50°S bij 75°W, de waters van de Stille Oceaan op te zoeken. Op deze breedte is dat geen klein bier: dit is de “arrivée” van de “roaring forties” en “furious fifties”, en allerminst “pacific”, in de strikte betekenis van het woord. Vanaf de brug voorspelde men vanmiddag “vier meter”. Ik heb ondertussen geleerd dat die golfhoogte terstond in de hersenen een lichtje doet branden: de zgn. “swell”, of deining, is onmiskenbaar. Morgenmiddag duiken we dan terug in de fjorden. Als aan de weersvoorspelling geloof mag worden gehecht, wordt het zonnig, met enkele buien. Waar hebben we dat nog gehoord?

Met dat alles zijn de zuidelijk gletsjers opgeborgen – voor een andere keer, want uitgesteld is niet gesmolten. Het lijkt me wel wat, een trip vanuit Ushuaia naar Santiago, ter zee, ter land, ter lucht, te voet, te paard (?), per 4×4, per bus, en per boot; vooral per boot! En wijn aan de meet!!

Prinsendam, vrijdag 18 februari 2011

Via een Pacific Waltz naar een nieuwe morgen